Loud - Juridisch Advies & Mediation
23-01-2023 | Overeenkomstenrecht
Lees meer
Een vrouw valt op een koude winterochtend van haar fiets en stelt de gemeente aansprakelijk. Ze zegt door de gladheid te zijn gevallen. Volgens de vrouw heeft de gemeente haar zorgplicht geschonden door niet of niet op tijd te strooien en dus is er onrechtmatig gehandeld, maar volgens de gemeente was het niet glad. Wat oordeelt de rechtbank Noord-Holland?
Op een koude ochtend in januari fietst een vrouw rond 9 uur van haar huis naar het station. Bij het oversteken van de weg op een kruispunt stapt ze af om het verkeer voor te laten gaan. Wanneer zij weer op haar fiets wil stappen, valt ze. Daarbij loopt zij ernstig letsel op. De vrouw vraagt de rechtbank in een deelgeschil te bepalen dat de gemeente aansprakelijk is voor haar valpartij en eist dat de gemeente de daaruit voortvloeiende schade vergoedt.
De gemeente heeft haar zorgplicht geschonden doordat zij niet dan wel niet op tijd preventief heeft gestrooid, zo stelt de vrouw. Zowel het KNMI als meteorologen van de MeteoGroup hebben gewaarschuwd voor gladheid. Er is zelfs geadviseerd preventief te strooien. De gemeente heeft deze signalen genegeerd en daarmee heeft zij niet redelijkerwijs al het mogelijke gedaan om de gladheid te bestrijden, zoals zij dit in haar eigen gladheidsbestrijdingsplan aan zichzelf heeft opgelegd.
Om een oordeel te kunnen geven over de aansprakelijkheid moet onder meer duidelijkheid bestaan over de toedracht van het ongeval, zo stelt de rechtbank Noord-Holland. Die duidelijkheid is er niet, de partijen verschillen hierover van mening. De vrouw baseert zich op het bericht van de spoedeisende hulp, waarin staat dat zij door de gladheid is gevallen. Verdere onderbouwing van dit standpunt ontbreekt echter en de vrouw heeft geen proces-verbaal of getuigenverklaringen overgelegd. Nu de gemeente betwist dat de vrouw door gladheid is gevallen en nadere onderbouwing ontbreekt, staat de toedracht niet vast. Voor het vaststellen van de toedracht is mogelijk nader bewijs nodig, aldus de rechtbank, maar voor nadere bewijslevering leent een deelgeschil zich niet. Alleen hierom al kan het verzoek van de vrouw niet worden toegewezen.
Ook als ervan zou worden uitgegaan dat de vrouw door de gladheid is gevallen, is de gemeente daarvoor volgens de rechtbank niet aansprakelijk. Op de gemeente rust de plicht ervoor te zorgen dat de toestand van de weg de veiligheid van personen en zaken niet in gevaar brengt. In een hiervoor opgesteld plan staat beschreven wat de gemeente moet doen om gladheid te bestrijden. Zo heeft zij diverse middelen om de weersomstandigheden en strooiacties te registeren. Gelet op de beschikbare weersinformatie heeft de gemeente voldoende aangetoond dat zij al het nodige heeft gedaan om de weerssituatie te monitoren en de gladheid te bestrijden toen die zich voordeed. Daarbij weegt de rechtbank onder meer mee dat uit lokale temperatuurmetingen in de nacht en in de vroege ochtend voor de valpartij bleek dat er geen sprake was van een zodanige wegdektemperatuur dat er gestrooid moest worden. Verder acht de rechtbank van belang dat de gladheidcoördinator 's ochtend vroeg op verschillende plaatsen heeft vastgesteld dat van gladheid geen sprake was. Het is de rechtbank niet gebleken dat de gemeente zich niet heeft gehouden aan haar gladheidsbestrijdingsplan. Daarbij wijst de rechtbank er ook op dat de gemeente een inspannings- en geen resultaatsverplichting heeft. Achteraf bezien had het mogelijk anders gekund, maar dat is onvoldoende om te concluderen dat het ook anders had gemoeten, en dit levert geen schending van de zorgplicht op, zo oordeelt de rechtbank. Gelet op deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat de gemeente niet onrechtmatig heeft gehandeld. De vorderingen worden daarom afgewezen.
ECLI:NL:RBNHO:2023:193
Arbeidsrecht en sociale zekerheid
Overeenkomstenrecht